Op 20 maart hebben we de verkiezingen Provinciale Staten en Waterschappen georganiseerd. Daarna heeft op 11 april een verplichte hertelling plaatsgevonden voor deze Provinciale Statenverkiezingen. Vervolgens zijn op 23 mei de verkiezingen voor het Europees Parlement georganiseerd.
Tegenover de gemaakte kosten staat een deelvergoeding van overige overheden.

De rijksvergoeding voor de verkiezingen voor de Provinciale Staten en het Europees Parlement zijn verdisconteerd in de Algemene Uitkering. Voor de kosten van de hertelling kunnen we een deelvergoeding van de provincie tegemoet zien van ± € 7.400. De rijksvergoeding voor de Waterschapsverkiezing bedraagt € 29.000 (bron: Meicirculaire 2019 en taakveld 0.7).

Gebleken is dat de wijze van begroten van kosten voor verkiezingen, zoals dat de afgelopen jaren is toegepast, leidt tot te grote verschillen tussen begroting en realisatie. In de Programmabegroting 2020 zullen de jaren waarin verkiezingen worden voorzien,  een zo realistisch mogelijke begroting op basis van voorziene kosten worden opgemaakt.
Onvoorziene zaken, zoals bijvoorbeeld een tussentijdse verkiezing, een hertelling, acute vervanging van middelen bij defect etc. zullen dan worden opgevoerd in de Voortgangsrapportage van dat betreffende boekjaar.